Het is dit artikel dat voor mij de emmer doet overlopen: https://www.h2owaternetwerk.nl/h2opremium/patrick-van-der-broeck-ik-hoop-dit-nooit-meer-mee-te-maken De oprechtheid van de dijkgraaf is te prijzen maar wat hij zegt is verschrikkelijk. Ik draag dit artikel op aan wijlen prof Kop aan wie ik beloofd heb te blijven vechten voor mijn idealen.
versie 1
Wat gaat er mis in het Nederlandse waterbeheer. 10 punten.
- Het beleid varieert hapsnap van het ene accent naar het andere wateroverlast, hitte, droogte etc. Komt erop neer dat we altijd achter de feiten aanlopen.
- Het beleid voor wateroverlast wordt gedomineerd door de normering van de provincies. Dat gaat over spelregels die enerzijds niet zijn te handhaven en anderzijds de lading van de problematiek niet dekken. Provincie is hier natuurlijk een bij uitstek onkundige organisatie die regels moeten handhaven die ze zelf niet begrijpen.
- De waterschappen passen die regels op vele verschillende manieren toe. Dat is de kennis die zich ontwikkelt bij normen, hoe kan ik ze zo creatief mogelijk minimalistisch toepassen om kosten te sparen.
- Normen zijn er om niet meer te hoeven nadenken. Dat is ook precies wat er gebeurt. Hoe is het mogelijk dat de normen in het waterbeheer worden toegepast door een heel leger van hydrologen die kennelijk zonder protest accepteren dat bij bovenmatige gebeurtenissen gruwelijk mis kan gaan. Normen nodigen uit om op te vullen. Hoe kunnen we met een minimale en creatieve inspanning aan maatregelen net voldoen aan een norm. Verder kijken dan onze neus lang is doen we vrijwel niet omdat dat geld kost.
- De kennis van statistiek is bedroevend, anders zouden we daar niet zo blind op vertrouwen. De kans dat we een T=100 jaar gebeurtenis meemaken in een mensenleven is circa 50%. Dat veiligheidsniveau halen we vrijwel nergens op punten waar het maar een beetje kritisch is. Boven op de berg hoef je je geen zorgen te maken. Die kans neemt toe naar bijna 100% onder invloed van klimaatontwikkeling.
- Resultaten uit het verleden zijn geen garantie voor de toekomst is een bekende waarheid. Bij statistiek gaat het vooral om tendensen van gemiddelden uit het verleden. Statistiek van extremen is extreem onzeker. Nu horen we de voorzichtige geluiden dat de herhalingstijden van de recente gebeurtenissen in Limburg niet goed zijn in te schatten. Doe dat dan ook niet.
- Stresstesten gaan primair uit van een T=100 gebeurtenis. Dat zie ik eigenlijk als het misbruiken van die term. Een stresstest zou zich moeten richten op zeer extreme gebeurtenissen waarvan de kans op het meemaken daarvan in een mensenleven minimaal is, laten we zeggen in de buurt van de 1%. Dat begint pas bij herhalingstijden van T =10.000 jaar.
- Die recente gebeurtenissen in Limburg worden dan opeens neergezet als nieuw. Dat is niet zo. Ergens rond 2006 hadden we al te maken met gebeurtenissen die heel langdurig uitregenen op een plek. In 2010 trok een record regengebied over Nederland en Duitsland en in 2016 was het raak in ZO Brabant. In het begin van de eeuw ging het ook nog 3 keer mis in het oosten van Duitsland. Iets nieuw vinden kan ook alles te maken hebben met een te nauw blikveld.
- Nederland is een grotendeels vlak land waarbij het watersysteem wordt gedomineerd door polders. Polders exporteren we ook all over de world, denk aan Djakarta en New Orleans. Maar zo gauw het water begint te stromen weten we het niet meer zo goed. Dan passen onze spelregels niet meer en dan is het gokken. Ook onze polders met een gelimiteerde bergings- en ledigingscapaciteit krijgen het steeds zwaarder te verduren als de omvang van regengebieden toeneemt Dat wordt straks ook nog nieuw.
- Hydrologen kennen maar 1 soort maatgevende gebeurtenis en dat is een langdurige in de winter. Als dat zelfde volume water in een veel kortere tijd valt dan zijn we niet thuis. Dan konden we dat niet zien aankomen. Waarom langdurig? Dat heeft alles te maken met die beperkte ledigingscapaciteit die alleen werkt als je dagen de tijd hebt om dat water te verwerken.
Last Updated on 2021-12-31 17:15 by harrr